Moederdag wordt gevierd ter ere van het moederschap. In Nederland, België en vele andere landen valt Moederdag op de tweede zondag in mei.

In gezinnen die Moederdag vieren staat de dag tegenwoordig in het teken van het verwennen van moeder. Ze krijgt veelal ontbijt op bed en cadeaus en huishoudelijke taken moeten, voor zover dat niet al gedaan werd, door vader en de kinderen worden verricht. Vaak hebben de kinderen op school of op het kinderdagverblijf cadeaus gemaakt. Vaak wordt ook oma op deze dag bezocht.

 

Het vereren van moeders is een veel oudere traditie dan de moderne Moederdag. Dit komt bij de oude Grieken vandaan die de moedergod Rhea vereerden. De katholieke Kerk kent een lange traditie van verering van Maria, de moeder van Jezus.

 

Pas in het midden van 19e eeuw werd Moederdag in Amerika geïntroduceerd. In 1870 startte rechter Julia Ward Howe uit Philadelphia een grote publiciteitscampagne voor Moederdag, een dag die in het teken moest staan van pacifisme en ontwapening door vrouwen. Het succes kwam echter pas nadat Anna Marie Jarvis in 1907 Moederdag begon te promoten als een dag van waardering voor moeders. In 1908 organiseerde Anna Jarvis (1864-1948) uit Grafton, West Virginia de eerste Moederdag, vooral om haar moeder Ann Reeves Jarvis te herdenken die in de Amerikaanse Burgeroorlog zogenaamde Mother's Day Work Clubs had georganiseerd om voor voedsel en medicijnen voor hulpbehoevende moeders te zorgen. Het idee sloeg aan, en Jarvis zette door om meer mensen over te halen. In 1914 besloot president Woodrow Wilson dat elke tweede zondag in mei voortaan Mother's Day zou zijn, een nationale feestdag.

 De feestdag heeft zich in zijn huidige vorm vanuit de Verenigde Staten over de rest van de westerse wereld verspreid. In Nederland begon de traditie rond 1925.